Pas de traduction disponible
All My Sons (1947) is het stuk waarmee de in 2005 overleden Arthur Miller doorbrak als toneelschrijver. Joe Keller heeft heel zijn leven hard gewerkt en veel geld verdiend tijdens de oorlog als fabrikant van vliegtuigmateriaal. In die periode verloor hij zijn zoon Larry die piloot was. Zijn andere zoon Chris staat op het punt te trouwen met de geliefde van zijn overleden broer. Gebeurtenissen uit het verleden komen aan de oppervlakte, leugens worden zo lang mogelijk in stand gehouden, verantwoordelijkheden opzij geschoven maar uiteindelijk moet de rekening toch worden vereffend. De prijs is onmenselijk hoog.
All My Sons is een brutaal stuk over hebzucht én familiewaarden. Het gaat over het onvermogen om de eigen verantwoordelijkheid in te schatten, het onvermogen om het juiste te doen. Misschien ook over goed en kwaad, over solidariteit versus kapitalisme, over spreken en zwijgen. In ieder geval past All My Sons, terwijl een proper einde van de zoveelste Amerikaanse oorlog in de woestijn uitzichtloos lijkt, perfect bij een tijdsgeest waarin hebzucht nog de enige geldige waarde lijkt te zijn. Wie rijk is, doet de economie groeien, en daar gaat het toch om. Niet om de zijdelingse slachtoffers, zoals de oorlogspiloten in het stuk.
Met All My Sons kiezen de Roovers een tweede keer voor een toneelstuk van Arthur Miller. Zij deden dat voor het eerst met Van de brug af gezien, dat in 2002 in première ging, en in 2004 werd hernomen in het kader van de Zomer van Antwerpen op locatie in de haven.
De première vond plaats op woensdag 21 maart 2007 om 21.00u in FORT4 te Mortsel i.s.m. Monty en CC Mortsel
acteurs: Robbby Cleiren, Sara De Bosschere, Luc Nuyens, Sofie Sente, Herwig Ilegems, Peter Gorissen, Maaike Neuville, Bram De Win
tekst: Arthur Miller
scenograaf/fotograaf: Stef Stessel
kostumière: An D'Huys
techniek: Eric Engels, Bert Vermeulen, Bram Verhagen, Koen Deveux, Marjolein Demey
dramaturgie: Klaas Tindemans